Do's en don'ts van een bekentenis
Met sport als bedrijf en vermaak heb ik nooit veel opgehad. Met muziek des te meer – en we weten allemaal dat daar ook nogal eens dope bij te pas komt. Die kan de besten de kop kosten, maar niet door gebruik te bekennen; er heerst dan ook een heel ander soort competitie. Van sportlieden vraagt deze tijd een oprechte bekentenis, op het juiste moment en met precies genoeg deemoed. De media smullen ervan, dus het publiek blijkbaar ook. Dat fenomeen interesseert me.
Vanmorgen vond ik in nrc.next een analyse van wielrenner Boogerds bekentenis van gisteren. Twee mediastrategen gaan in op 'de bekentenis als genre' zoals de kop schrijft. Doet Boogerd het goed, dat bekennen, is de vraag.
Duidelijk is dat ook hij, net als Armstrong, wacht totdat ontkennen onmogelijk is geworden. Tegen die tijd is er niemand meer die twijfelt aan zijn schuld. En dan pak je groots uit: je haalt er invloedrijke media bij en je gooit zo veel mogelijk waarheid in één keer op tafel. Toewijding aan de sport, cultuur, groepsdruk, schaamte. Niet klikken. Resulteert: een betoog om begrip. Vinden we mooi maar we geloven hem niet echt.
Hoe moet zo'n sportman nu verder? Een Texaanse journalist vroeg het Armstrong in zijn woonplaats Austin, een paar weken na zijn bekentenis-met-tranen. En, verrassing: Armstrong die jarenlang iedereen bedroog en bedreigde, lijdt er niet buitensporig onder. Zelfs niet onder expliciete haatuitingen. Zou ook raar zijn als hij nu ineens wel last had van emoties.
Gelovigen maken van een mens met talenten een held. Die hebben ze nodig om zelf in beweging te komen. Om te geloven dat uiteindelijk iedereen kan winnen, als je toegewijd bent. Maar helden zijn zelden held en heel vaak mens. Dus feilbaar. Toe, handel dopingschandalen netjes af en laat verder maar. Ja, de bekentenis van Boogerd kan ermee door. Na vallen komt opstaan. Gelukkig hebben we morgen weer nieuws.
Tags: maatschappij, blog